Compensatie transitievergoeding zieke werknemer in werking per 2020

De minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft de Tweede Kamer laten weten dat de regeling waarin werkgevers worden gecompenseerd voor een betaalde transitievergoeding aan een werknemer die wordt ontslagen na twee jaar ziekte in werking zal treden per 1 januari 2020. Aanvankelijk was de inwerkingtreding voorzien per 1 juli 2019, maar het wetsvoorstel heeft de nodige vertraging opgelopen omdat het “controversieel” was verklaard en dus lang stil heeft gelegen vanwege de lange formatieonderhandelingen.

Hoe zat het ook alweer? Als een werknemer ziek wordt ben je als werkgever verplicht gedurende twee jaar het loon door te betalen. In de tot 1 juli 2015 bestaande situatie was het gebruikelijk om, als duidelijk was dat de werknemer niet meer gere-integreerd kon worden, vervolgens na die twee jaar toestemming aan UWV te vragen om het dienstverband op te zeggen. Als de werknemer vervolgens na die opzegging meende nog aanspraak op een ontslagvergoeding te hebben, moest hij in een procedure aantonen dat zijn ontslag kennelijk onredelijk was. Het was vaste rechtspraak dat kantonrechters dergelijke vorderingen in beginsel afwezen, als er geen bijzondere omstandigheden waren. Wat betreft die bijzondere omstandigheden moest je dan denken aan de situatie dat de werkgever onvoldoende had ondernomen om de werknemer te re-integreren of als de werknemer arbeidsongeschikt was geworden als gevolg van een arbeidsongeval of anderszins slechte arbeidsomstandigheden. Deden die situaties zich niet voor dan was de vordering van een werknemer tot toekenning van een schadevergoeding in beginsel kansloos.

Op 1 juli 2015 trad de Wet Werk en Zekerheid (WWZ) in werking. Nieuw in die wet was dat elke werknemer die (zonder dat hem een ernstig verwijt kan worden gemaakt) werd ontslagen recht heeft op een transitievergoeding. Op grond van de WWZ heeft een werknemer die twee jaar is doorbetaald tijdens ziekte dus ook aanspraak op een transitievergoeding (waarvan de hoogte kan oplopen tot € 77.000,- of een jaarsalaris als dat hoger ligt). Minister Asscher gaf – desgevraagd – aan dat het hier niet om een vergissing ging (aanvankelijk dacht men dat de minister het gewoon was vergeten te regelen), maar dat daadwerkelijk bedoeld was in dergelijke gevallen ook een vergoeding te laten betalen. Dat was dus een radicale breuk met de bestaande situatie en werd door velen als onredelijk gezien.

Gevolg daarvan was dat nogal wat werkgevers ervan afzagen om voor een werknemer die ze twee jaar hadden doorbetaald ontslag aan te vragen. Die werknemers bleven dan formeel in dienst, maar verrichtten geen werkzaamheden meer en hadden ook geen aanspraak op loon. Een risicovolle onderneming omdat dan de verplichting om te re-integreren in beginsel doorloopt en een werknemer in sommige gevallen zou kunnen herstellen en zich dan weer voor de werkzaamheden zou kunnen melden.

De “oplossing” die nu is voorzien houdt in dat werkgevers die gehouden zijn een transitievergoeding te betalen na twee jaar ziekte, worden gecompenseerd vanuit het Algemeen Werkloosheidsfonds. De kosten daarvan worden via een premieverhoging wel verhaald op de werkgevers, die deze “oplossing” dus uiteindelijk (indirect) wel zelf betalen. Deze wet zal dus, ervan uitgaande dat de Kamers ermee instemmen, met enige vertraging per 1 januari 2020 in werking treden. Daarbij is dan overigens voorzien in terugwerkende kracht, in die zin dat werkgevers die de vergoeding reeds hebben betaald vóór inwerkingtreding van de wet daarvoor toch gecompenseerd kunnen worden.

Meer weten over ontslag en transitievergoeding? Neemt u gerust eens contact met ons op.